Een monument, opgericht ter nagedachtenis aan de soldaten die hun leven gaven, wordt door passanten nauwelijks opgemerkt en zelfs genegeerd. Kinderen vinden de door bomen beschutte herdenkingsplaats maar eng en naargeestig en zelfs de verteller versnelt zijn pas bij het passeren ervan. Onderliggende thematiek is hierbij het zinloze van het oorlog voeren.
De compositie is samengesteld uit 2 delen die zonder onderbreking gespeeld worden. In het eerste gedeelte wordt de dramatiek van het gevecht geschilderd, het tweede deel is gebaseerd op het gedicht van Karen Karpowich waarin teruggeblikt wordt op de offers die zijn gebracht. De tekst wordt gezongen door een Mezzo Sopraan en benadrukt het zinloos vergieten van bloed waar iedere oorlog mee gepaard gaat.
De thematiek waarmee de compositie open keert aan het slot terug, maar heeft dan een complete metamorfose ondergaan waarbij optimisme en daadkracht plaats gemaakt hebben voor resignatie en berusting in het besef dat de geschiedenis zich keer op keer herhaalt.