De noot F, als een pedaaltoon alomtegenwoordig, blijft nog even klinken in het aansluitende langzame deel. Na een nobel thema volgt de spectaculaire en virtuoze finale, die voortbouwt op de muzikale componenten die al eerder te horen waren. Stilistisch is in deze wervelende finale onmiskenbaar de invloed van Dmitri Sjostakovitsj aanwezig, het hoofdmotief is tot C D Eb B (of Cb) getransformeerd: het anagram dat de Russische meester vaak als muzikale handtekening heeft gebruikt. Een glorieus slot aan een bijzonder werk dat diverse facetten van het moderne harmonieorkest aan bod laat komen.