- Niet op voorraad
We horen de kloosterklok samen met een opwaarts motief, dat ook later in het werk terugkomt. Vervolgens komt de rest van Elburg aan bod, inclusief de vesting - van waaruit de klokken van de Grote of Sint-Nicolaaskerk weergalmen. Dan klinken bij de Vischpoort de vrolijke geluiden van een dansgroep die daar een 16e-eeuwse Franse volksdans (branle des chevaux) uitvoert. Ook horen we oude karren over de kinderkopjes van de stad denderen. De handel maakt deze Hanzestad tot een levendige plaats. Het zich steeds herhalende opwaartse motief uit de inleiding krijgt hier een nadrukkelijker karakter en verbeeldt de handelsgeest van de stedelingen.Dan volgt het langzame middendeel, waarin de klok wordt teruggedraaid naar de tijd dat Elburg nog direct aan de Zuiderzee lag en te kampen had met overstromingen. Na de tweede Sint-Marcellusvloed (1362) en de watervloed van 1367 werd besloten dat de stad verplaatst zou worden. We horen het thema van de branle des chevaux in mineur, gevolgd door een doodsklok, die de verdronken inwoners van de voormalige stad herdenkt. Terug in onze eigen tijd verklankt een langzaam, expressief thema in barokke stijl de verstilde plekken in de stad, zoals het Feithenhof en het Weduwenhofje. Dan keert de levendigheid terug met motieven uit de inleiding, gevolgd door een aansprekend thema waarin het Elburg van nu met zijn vele toeristen doorklinkt. Plotseling is er dan nog even een echo uit het verleden: de dramatiek van de overstromingen en oorlogen die de stad ooit teisterden. Hieruit vloeit het grootse slotthema voort: de branle des chevaux is voor de laatste keer te horen vanuit het perspectief van de historische binnenstad.
Datasheet
- Componist
- Jacob de Haan
- Graad
- 4
- Instrumentatie
- Fanfare
- Tijdsduur
- 11:00
- Muziekgenre
- Concert/Concours
- Repertorium
- 3e Divisie